■ Een video-oproep tot stand brengen
Tijdens een videogesprek verzendt u zonder vertraging videobeelden naar de ontvanger van de oproep. De
ontvanger ziet het videobeeld dat door de camera op de achterkant van de telefoon wordt opgenomen. Deze
telefoon heeft geen camera aan de voorkant.
U kunt alleen videogesprekken voeren als u beschikt over een USIM-kaart en u verbinding hebt met een
WCDMA-netwerk. Informeer bij uw netwerkoperator of serviceprovider naar de beschikbaarheid en
abonnementsmogelijkheden van videogesprekken. Een videogesprek kan alleen tot stand worden gebracht
tussen twee partijen. Videogesprekken kunnen worden gevoerd met een andere compatibele telefoon of met
een ISDN-client. U kunt geen videogesprek voeren als er al een spraak-, video- of een gegevensoproep actief is.
1. Als u een video-oproep wilt maken, voert u in de standby-modus het telefoonnummer in of selecteert u
Contacten
en selecteert u vervolgens een contact.
2. Houd de beltoets ingedrukt of selecteer
Contacten
>
Video-oproep
.
Het starten van een videogesprek kan enige tijd duren. De tekst
Video-oproep
en een uitgaande afbeelding
worden weergegeven. Als de oproep niet tot stand kan worden gebracht, bijvoorbeeld omdat
videogesprekken niet door het netwerk worden ondersteund of omdat het apparaat van de ontvanger geen
videobeelden kan ontvangen, wordt u gevraagd of u in plaats hiervan een gewoon gesprek wilt voeren of
een bericht wilt versturen.
Tip: Druk op de volumetoetsen om tijdens een gesprek het volume te verhogen of te verlagen.
Het videogesprek is tot stand gebracht als u twee videobeelden ziet en er geluid uit de luidspreker komt. Het
is mogelijk dat de ontvanger het verzenden van videobeelden heeft uitgeschakeld. In dat geval ziet u alleen
een stilstaand beeld of een grijze achtergrondafbeelding. U hoort wel geluid.
3. U beëindigt het gesprek door op de toets Einde te drukken.
35
Copyright
© 2006 Nokia. All rights reserved.